winter 2004
Nadat ik diverse treffens onze Britse vrienden had zien rijden met een aanhanger, was ik ook van plan een aanhanger of een zijspan aan te schaffen. Ik heb veel informatie op internet gezocht over beide aanhangsels, maar uiteindelijk, mede door de situatie in mijn garage gekozen voor een aanhanger. Bovendien was ik helemaal verkocht toen ik de mooie éénwieler van Martin Westerman zag. Door steeds goed internet in de gaten te houden zag ik een advertentie op Marktplaats.nl. Ik heb een bod gedaan en ben de zaterdag daarop het ding gaan halen. Zag er redelijk uit en was in ieder geval stemmig zwart. Bovendien zat de koppeling er bij.
Zo’n 1-wielige aanhanger wordt anders gekoppeld dan een tweewielige aanhanger met een kogel. Met een kogel zou de 1-wieler omvallen. Er zit dus een kruiskoppeling op, waardoor de aanhanger maar in twee richtingen kan draaien, links-rechts en omhoog-omlaag.
Het enige dat ik nog moest fabriceren was een hulpconstructie voor de koppeling. Aangezien ik de aanhanger zo mogelijk achter meerdere motoren wil kunnen hangen moest het ook nog redelijk universeel inzetbaar zijn. Ik heb eerst van een plaatje hout een prototype gemaakt en daar de koppeling op vastgemaakt. Vervolgens nog wat kleine maatwijzigingen en met het prototype naar een constructiebedrijf dat de hulpconstructie voor mij gemaakt heeft. Ik ben uitgekomen op een plaat van 16 x 32 cm met een dikte van 5 mm, die aan het einde een haaks stuk heeft van 7 cm waarop de koppeling met bouten vastzit. De haakse hoek is zijdelings weer verstevigd met twee kleine gelaste plaatjes van 5 mm dik. Het geheel wordt op de bagagedrager geklemd met eenzelfde plaat d.m.v. 8 M8 bouten. De platen zijn ter bescherming van de bagagedrager bekleed met rubber vloermat uit de plaatselijke doe het zelf zaak en voor de rest afgedekt met zwarte Hammerite.
Voor wat betreft de verlichting bezat de Freebird een kabel met een grote dikke 7 polige stekker, zoals op andere aanhangers ook zitten. Aangezien remlicht, achterlicht, massa en twee knipperlichten maar 5 kabels zijn en ik die niet eens altijd nodig heb (Coby), heb ik deze stekker vervangen door 2 zogenaamde apparaten stekkers (zoals ook achter in computers zitten) . Dit zijn 3 polige stekers in zowel mannetjes als vrouwtjes, ovtewel stekker en contrastekker. Op de Bullet heb ik aan elke kant van het achterlichthuis zo’n snoer met (vrouwtjes) kabel gemaakt . De kabel van de aanhanger is nu gesplitst in 2 mannetjes, de een voor rem– en achterlicht plus de massa en de ander voor de knipperlichten van de aanhanger. Ik heb ze drie weken terug aangesloten en de aanhanger achter de Bullet gekoppeld en, hoera, alles werkte (nadat ik in de koplamp het stekkertje van de rechter richtingaanwijzer weer had aangesloten). Als de aanhanger is afgekoppeld worden beide snoertjes door een klemmetje t4egen de nummerplaathouder gehouden.
Voor Coby heb ik dezelfde oplossing, alleen daar is slechts 1 kabel met (vrouwtjes) stekker nodig, omdat coby geen richtingaanwijzers heeft en mijn armen geen snoer nodig hebben. Het snoer zit bij afkoppeling achter de kentek en p l a a t h o u d e r verborgen en valt niet op. Wettelijk gezien mogen 1-wielige aanhangers net als 2-wielige achter een motorfiets gebruikt worden, mits een en ander maar deugdelijk gekoppeld is. Zoals gezegd mag de 1-wielige aanhanger maar in 2 richtingen kunnen bewegen. Voorts moet de aanhanger voorzien zijn van de juiste kentekenplaat (een witte net als het kenteken van de motor 21 x 14,3 of een blauwe voor motorfietsen met een bouwjaar van voor 1978), knipperlichten als de trekkende motor deze ook moet voeren (motoren met bouwjaar vanaf 1996), aan elke zijkant een niet driehoekige amber reflector, aan de achterkant minstens 1 rode niet driehoekige reflector en hij mag niet breder en hoger zijn dan 1 m!! Dat zal me wel lukken!
Deze Freebird wordt op dit moment nog steeds gemaakt door de firma Schuring. Ik herinner me dat ik in de jaren 70 al gelezen heb in het weekblad motor, waarop ik geabonneerd was. In mijn herinnering zag de Freebird er net zo uit als die van mij nu.
Ik heb geprobeerd meer informatie te krijgen bij het Motorrijwiel, maar zij konden me ook niet verder helpen. Wel plaatsten ze een oproep voor meer informatie. Naar aanleiding daarvan heb ik een telefoongesprek gevoerd met Betty Vonk uit Wormerveer. Begin jaren 80 heeft Betty meegewerkt aan een test van de Freebird achter de motor. Aan de test werkten o.a. mensen van de ANWB mee en een aantal motorrijdende echtparen onder auspiciën van de IWACC (een testclub voor alles wat met deelnemen aan verkeer te maken heeft). De mensen die indertijd bij de ANWB hebben meegewerkt waren uiteraard ook motorrijders. Het resultaat van de tests werd gepubliceerd in het motorblad Motorvisie, dat slechts korte tijd bestond, voordat de uitgever er mee stopte. In de redactie zat toen: Rob van Ginneken, nu een bekende motor– en autojournalist, die in veel bladen schrijft. Betty Vonk gebruikte de Freebird o.a. voor vakanties en de wekelijkse boodschappen. De Freebird was toen ook al van polyester en voorzien van een verbeterde koppeling met spiebanen (ze foto), net als ik nu ook heb. Ze verteld dat je de Freebird helemaal vol kon laden, als het maar niet te zwaar werd, aangezien dan de druk op de achterkant van de motor te groot zou worden, waardoor het voorwiel te weinig grip op de weg zou krijgen. Ze heeft de aanhanger pas een paar jaar geleden de deur uit gedaan. Volgens Betty moet de aanhanger einde jaren 70 op de markt zijn gekomen, omdat zij begin jaren 80 al de verbeterde versie had.
Voor verder onderzoek heb ik nog vragen uitstaan bij de ANWB en ben ik op zoek naar het contactadres van Gob van Ginneken. Alle informatie, die me verder kan helpen met het ontrafelen van de historie van dit handige eenwielertje, is welkom.